2. Het zelfstandig naamwoord

Bekijk eerst de video voor een korte inleiding over het zelfstandig naamwoord. Wat meer uitgebreide informatie vind je daaronder.

Aanvullend:

Zelfstandige naamwoorden kan je in verschillende groepen verdelen:

  • eigennamen of soortnamen: soortnamen duiden een soort aan, terwijl eigennamen iemand of iets unieks aanduiden.
  • tastbare of ontastbare: zaken die je wel of niet kan aanraken
  • voorwerpen (personen, dieren, zaken) die je kan tellen (een fiets, twee blikken, …), of stoffen die je niet kan tellen (geld, melk, rook, …)

Het zelfstandig naamwoord of substantief heeft een aantal kenmerken:

  • Qua betekenis (‘semantisch‘) is het een woord dat iets zelfstandigs aanduidt. Dat kan iets tastbaars zijn (mens, dier, plant, ding) of iets ontastbaars (een gevoel, een aanduiding van tijd, …).
  • Wanneer we kijken naar hoe een zelfstandig naamwoord zich gedraagt in een zin of in een woordgroep (‘syntactisch‘), zien we dat er een lidwoord (‘een’, ‘de’, ‘het’) of ‘die’ of ‘dat’ kan voorstaan.
  • Qua vorm (‘morfologisch‘) kan een zelfstandig naamwoord meestal in het meervoud gezet worden. Je kan er ook samenstellingen en afleidingen mee maken. De bekendste afleiding is het verkleinwoord.

Een samenstelling is een woord dat samengesteld is uit twee of meer andere woorden (vandaar de naam). Het maken van samenstellingen kan soms leiden tot grappige situaties. Bekijk daarvoor ook onderstaande video.

Terug naar de woordleerpagina.